Bombastische en inzichtelijke 'instant'-geschiedenis. 'Fire and Fury' van Michael Wolff


Alles wat met Donald Trump te maken heeft, is omstreden. Het is daarom weinig verbazingwekkend dat een boek over de eerste fase van zijn presidentschap bij voorbaat tot veel discussie zou leiden. In tijden van fake news is het – al dan niet gerechtvaardigd – al snel de vraag wat waar en niet waar is, maar vooral ook wat de - al dan niet vermeende - agenda van de brenger van het nieuws is. Fire and Fury van Michael Wolff behoeft geen introductie, maar zegt – los van de inhoud – misschien nog wel het meest over de hang naar ‘instant’-geschiedenis. 

Het kijkje van Michael Wolff in de keuken van het presidentschap van Donald Trump is ongetwijfeld één van de politieke events van het nog prille jaar 2018. Enkele citaten die aan het boek vooraf gingen, zorgden voor zoveel woede bij Trump dat onophoudelijke aandacht gegarandeerd was. Een dreiging met juridische maatregelen inspireerde de uitgever van Fire and Fury. Inside the Trump White House om het boek versneld uit te geven. Resultaat: een weinig inspirerende cover en een bestseller van jewelste. Hoewel het niet gebruikelijk is dat dergelijke boeken een Nederlandse vertaling krijgen, was uitgeverij Prometheus er als de kippen bij om in een recordtempo de Nederlandse vertaling Vuur en Woede in de winkels te krijgen. De behendigheid en neus voor succes van Prometheus-eigenaar Mai Spijkers leidde zelfs nog tot een ‘hoe kwam de deal tot stand’-artikel in De Volkskrant. Ook de Nederlandse vertaling vliegt – met name in de regio Den Haag – als warme broodjes over de plank. En dat is niet zo vreemd, want voor alleen die met afgrijzen de ontwikkelingen in het Trump Witte Huis volgen en zich steeds luider afvragen hoe zo iemand in hemelsnaam verkozen kan worden tot de machtigste man ter wereld is het boek een godsgeschenk. Het bevestigt alle vooroordelen en diep gewortelde gevoelens over één van de meest polariserende politici van deze tijd. Tegelijkertijd is het voor Trump-liefhebbers een heerlijke basis om het hele fake news-arsenaal en de geheime agenda van de Trump-hatende media van nieuw elan te voorzien. En dan is er ook nog de hang naar inside information waarbij we steeds sneller en uitgebreider duiding willen hebben van het nieuwe van de dag, maar dan wel graag in een uitgebreide historische context. 

Geen klassieker
Het heeft weinig zin om Fire and Fury op de merites te beoordelen, simpelweg omdat het moeilijk vast te stellen is wat wel en niet klopt. De betrouwbaarheid van journalist Michael Wolff is al vanaf het moment dat de eerste citaten naar buiten kwamen een belangrijk onderdeel van de discussie over Fire and Fury. Een discussie die hij zelf overigens ook aanwakkert, zelfs nog de afgelopen dagen door te impliceren dat de huidige VN-vertegenwoordiger van de Verenigde Staten Nikki Haley het bed zou hebben gedeeld met Donald Trump. Een beschuldiging die zij verre van zich werpt en tegelijkertijd alleen – heel impliciet – in Fire and Fury terug te vinden is omdat Wolff – in zijn eigen woorden – niet genoeg bewijs had om het overtuigend in het boek te stellen. Het maakt zijn positie er niet bepaald beter op. Ook zijn bombastische en repetitieve schrijfstijl is niet van toegevoegde waarde. Juist ook omdat de hele periode dat hij zijn ervaringen in en rond het Witte Huis van Trump continu plaatst in een machtsstrijd tussen enerzijds Jared Kushner en Ivanka Trump (‘Jarvanka’) en anderzijds de Raspoetin van het Trump-hof Steve Bannon. Dat die tegenstellingen er zijn, lijkt evident, maar wanneer je Fire and Fury leest, vraag je toch echt af hoe mensen kunnen werken in een omgeving die blijkbaar continu in het teken staat van die allesbepalende strijd. Dat maakt het boek bepaald minder geloofwaardig. Desalniettemin is het wel de verontrustende conclusie dat ook wanneer een groot deel van Wolff’s beweringen en citaten niet klopt er nog altijd genoeg resteert om je ernstige zorgen te maken over de invulling van de machtigste positie ter wereld. Alleen al de letterlijk geciteerde openbare (en daarmee dus verifieerbare) toespraken van Trump, onder andere bij CPAC en de CIA, leveren bewijsvoering voor een president die allesbehalve presidentieel is. Het boek heeft daarmee ook nog eens gevolgen gehad, met name voor Steve Bannon. Het boek eindigt effectief met het vertrek van Bannon uit het Witte Huis maar zorgt bij publicatie ervan dat Bannon moet vertrekken bij zijn laatste bastion van invloed: Breitbart News. 

Geen politieke historici, maar historici van de politiek
Michael Wolff poogt met Fire and Fury zichzelf te plaatsen in een lovenswaardige Amerikaanse traditie van het geven van een kijkje in de keuken van de macht. Een traditie die vleugels heeft gekregen door de boeken van Bob Woodward. Bekend van het – samen met Carl Bernstein - openbaren van het Watergate-schandaal dat uiteindelijk tot het aftreden van Richard Nixon leidde, heeft Woodward zich in die jaren erna gespecialiseerd in zeer leesbare en inzicht biedende boeken over de presidentschappen en/of presidentiële campagnes van George H.W. Bush (The Commanders), Bill Clinton (o.a. The Choice), George W. Bush (o.a. Bush at War en Plan of Attack) en Barack Obama (o.a. Obama’s Wars). Zijn mantel – op het gebied van presidentiële campagnes – is de laatste jaren overgenomen door het journalistieke duo Mark Halperin en John Heilemann die met Game Change een onvervalste bestseller schreven over de verkiezingsstrijd tussen Obama en McCain. Het succes werd vervolgd met Double Down over de tweede succesvolle presidentiële campagne van Obama en het verlies van Mitt Romney. Het duo was al druk bezig met hun derde boek over de strijd tussen Hillary Clinton en Donald Trump. Maar #MeToo-beschuldigingen aan het adres van Mark Halperin hebben het boek – voorlopig – getorpedeerd. Erg jammer, want juist die campagne heeft zoveel elementen dat het goed is wanneer deze - met enige distantie – inzichtelijk wordt gemaakt. Michael Wolff is zeker niet van dat niveau hoewel hij zeker een bijdrage levert aan het inzicht in de werking van het Witte Huis van Trump, maar in hoeverre dat inzicht reikt, is door vraagtekens over de betrouwbaarheid onduidelijk. Daarbij is de snelheid waarmee dergelijke “geschiedschrijving” tot stand komt natuurlijk ook kwestieus. Net zoals de stijl van Wolff die wat dat betreft niets eens zoveel afwijkt van Halperin/Heilemann: alles is campagne en hangt samen met onderlinge vetes, geheime agenda’s en persoonlijke animositeit. Daar zal een kern van waarheid in zitten, maar zo is politiek steeds meer entertainment als voeding voor de behoefte naar ‘instant’-geschiedenis, een tak van sport die eigenlijk niet bestaat en ‘het nieuws van de dag’ in boekvorm is, maar wel de absolute waarheid van een diepgravende historicus in pacht meent te hebben. Een genre dat daarmee – noodzakelijkerwijs – eendimensionaal gebracht wordt door auteurs die zelf soms ook over een eigen politieke agenda beschikken. Historici van de politiek dragen uiteindelijk meer bij aan het begrip van en inzicht in diezelfde politiek dan politieke “historici”. Dat laat onverlet dat wanneer je met deze bril boeken zoals die van Michael Wolff leest je nog altijd het nodige opsteekt, hetgeen – zeker in het geval van Fire and Fury – nog altijd zeer verontrustend is. 

‘Fire and Fury. Inside the Trump White House’ van Michael Wolff is op 5 januari 2018 verschenen. Een Nederlandse vertaling ‘Vuur en Woede. In het Witte Huis van Trump’ van uitgeverij Prometheus is eveneens beschikbaar.

Reacties